Vorige week maakte de Spaanse koning Juan Carlos bekend dat hij aftreedt. Zijn oudste zoon Felipe (46) volgt zijn vader (76) op. Het Spaanse parlement heeft met grote meerderheid vóór een wet gestemd die dit mogelijk maakt. Ee was een nieuwe wet nodig, omdat Spanje tot nu toe geen abdicatie van de vorst en de troonaanvaarding door de kroonprins kende. Tot nu toe kon dat alleen nadat de vorst was overleden, zoals in de meeste vorstenhuizen gebruikelijk is. Nederland was daar altijd al een uitzondering op en na de abdicatie van Beatrix volgde België dat voorbeeld een half jaar later.
Kroonprins Felipe wordt op donderdag 19 juni koning Felipe VI van Spanje.
Sinds de oude koning zijn besluit bekendmaakte, gingen in meerdere steden duizenden republikeinen de straat op om te protesteren. Ze eisten een referendum om burgers te laten beslissen of er nog wel een nieuwe koning moet komen. Voor de dictatuur van Franco was Spanje een republiek. Republikeinen vinden de monarchie een instituut dat door Franco is neergezet. Koning Juan Carlos was erg populair, doordat hij Spanje hervormde en afrekende met het oude bestuur van Franco. Na de dood van de dictator in 1975 werd Juan Carlos koning. In 1981 wist hij een couppoging te weerstaan van het leger, dat opnieuw de macht probeerde te grijpen.
De laatste jaren kwam de koning regelmatig negatief in het nieuws en had hij gezondheidsklachten. In 2012 kwam hij in opspraak doordat hij was gaan jagen op olifanten in Botswana. De luxe trip werd in het door de crisis geteisterde Spanje niet bepaald gewaardeerd. Het Spaanse Wereldnatuurfonds ontnam hem het erevoorzitterschap. Dochter Cristina moest voorkomen, omdat haar man met miljoenen aan subsidie had gefraudeerd. De prinses is voor de helft eigenaar van zijn firma. Veel Spanjaarden zijn de koninklijke familie gaan zien als ‘een stel leugenaars die de zakken vult’. Alleen kroonprins Felipe en zijn moeder, koningin Sophia, zijn nog altijd zeer geliefd.
